Het Mirakel van Amersfoort
Zwarte kousen en de Veluwe. Daar associeerde ik Amersfoort lange tijd mee. Geen wonder misschien. Als achttienjarige kwam ik er vanuit de Randstad meerdere jaren wonen en studeren en beleefde naar mijn idee bar weinig. Gelukkig kwam er een herkansing om Amersfoort te leren waarderen.
Tja, Amersfoort. Decennia terug was ik er student en vooral op zondag kon je een kanon afschieten. Ging je op die dag fietsen richting Spakenburg moest je koek en zopie meenemen, want je trof geen horeca open. En dan die keer dat de moeder van mijn huisbaas mij op een zomerse dag in korte broek en hemdje op de stoep voor mijn huis aan het Havik aan de koffie trof. “Je vraagt mannen erom”, was haar commentaar. Vrij vertaald moest ik daar weg. Kortom, niet de meeste verlichte vesting, dat Amersfoort. Dat de stad waarschijnlijk lange tijd het belangrijkste Nederlandse bedevaartsoord boven de rivieren was, heb ik toendertijd niet meegekregen. En dat terwijl de Onze-Lieve-Vrouwe-toren op nog geen vijf minuten lopen van mijn studentenkamer stond, pal in het centrum, elke dag voor mijn neus.


Geertje Arendspad
Afgezien van een bezoek aan een collega in een buitenwijk ben ik ruim dertig jaar niet in Amersfoort geweest. Natuurlijk, de oude binnenstad is monumentaal en fotogeniek, maar het trok me verder niet, vanwege mijn beeldvorming. Bij toeval krijgt Amersfoort een herkansing van mij. Of toeval? De nieuwe pelgrimspaden schieten de laatste jaren als paddenstoelen uit de Nederlandse grond en de provincie Utrecht vormt daarop geen uitzondering. Al tijden staat het Gelukkigerwijspad op mijn relidoelijstje en daar wilde ik toch eens aan beginnen. Begin- en eindpunt Amersfoort, dat wel. Bij het kiezen van een van de zes dagtrajecten (je kunt naar believen husselen) viel mijn oog op een extra route: het Geertje Arendspad. Een soort bonus, want strikt genomen geen onderdeel van de lus die het Gelukkigerwijspad vormt. Op het pad treed je in de voetsporen van Geertje (Geertgen) Arends, een meisje uit Nijkerk die op een winterse dag in 1444 naar Amersfoort liep om daar in te treden in het Sint-Agnietenklooster. Ze droeg weinig met zich mee, maar wel een Mariabeeldje dat later vele pelgrims naar Amersfoort trok. Wát? Ik val ongeveer van mijn stoel. Laat mij ook zo’n pelgrim zijn!

Maria in de gracht
Verbaasd over mezelf (hoe kon ik dit niet weten!) wordt het de dagen erop gulzig van Amersfoort slurpen. Natuurlijk moet allereerst dat Geertje Arendspad gelopen worden. Een tocht grotendeels door de regen, maar mijn goede humeur krijgt het niet meer stuk. Een kale routebeschrijving kan ik online opduikelen, maar een papieren versie met wat meer uitleg niet, zelfs niet bij het VVV Informatiepunt Nijkerk (‘mevrouw, daar gaan we wat aan doen!’). Startend bij het Museum Nijkerk, gevestigd in het laatmiddeleeuwse Gasthuis nabij de Grote Kerk waar pelgrims, reizigers en armen een maaltijd en bed vonden, loop ik al snel door de weilanden en langs talloze boerderijen. Hier en daar eieren te koop, maar niet op zondag.



Echt mooi wordt het rond Hoevelaken, waar de panden pittoresker en het groen dichter zijn. Nabij Amersfoort doorkruist het Geertje Arendspad nog twee natuurgebieden: reservaat Bloeidaal en park De Schammer. Een walhalla voor vogelaars. Het pad is niet bewegwijzerd, maar komt deels overeen met wel gemarkeerde Klompenpaden, best grappig. Zou Geertje Arends hier op klompen gelopen hebben? De tocht voert trouwens langs de Joodse begraafplaats van Nijkerkerveen, meerdere Nederlands Hervormde kerken en de moskee Al-Rahman langs het water aan de rand van de Keistad. Bewust gedaan of niet, mooi die inclusie van verschillende gezindten. Houd ik van. Eenmaal in Amersfoort komt de pelgrim vanzelf langs de gracht waar Geertje Arends haar Mariabeeldje in het water gooide. Het begin van een eigenaardig wonderverhaal.


Het Mirakel van Amersfoort
Daar sta ik dan, voor een plaquette in een stuk Amersfoortse stadsmuur, in Plantsoen Noord ter hoogte van de Scheltussingel, met rode noveenkaarsen eronder. Vaak gezien, maar nooit gezien. ‘Je ziet het pas als je het doorhebt.’ Ik word er Cruijffiaans lyrisch van. Op de plaquette staat het pelgrimsteken van Onze Lieve Vrouwe van Amersfoort. Waarom? Het was hier dat Geertje twijfels kreeg. Niet over haar intrede in het Sint-Agnietenklooster, maar over het Mariabeeldje van pijpaarde. Haar moeder had het meegegeven voor haar kloostercel, maar misschien vonden de andere zusters het maar raar. Het was niet gebruikelijk om eigen bezit mee te nemen. Ze besloot het hier in de buitengracht te gooien en liep door. Snel daarna, het liep tegen Kerstmis, kreeg de dienstmeid Margriet Albert Gyssen tot drie keer toe visioenen over een Mariabeeldje dat zich onder het ijs van een Amersfoortse gracht zou bevinden. Haar werd verteld naar de aangewezen plek bij de Kamperbuitenpoort te gaan. Ze vond het beeldje daar inderdaad en zette het bij haar thuis neer. Drie kaarsen brandde ze voor de Mariabeeltenis, maar die gingen nu vele malen langer mee dan normaal. Ze besloot met het beeldje en het verhaal naar haar biechtvader Jan van Schoonhoven te gaan. Die nam het over en bij hem gebeurde hetzelfde. Hij plaatst het op tweede kerstdag in de Sint Joostenkapel. Al rap gingen nog meer wonderverhalen rond over het beeldje, in talloze versies. De kapel werd toen toegewijd aan Maria. Pelgrims uit binnen- en buitenland kwamen massaal naar Amersfoort. Geertje Arends had inmiddels gehoord over het tumult, begreep al snel dat het om haar weggeworpen beeldje ging en maakte dat bekend. Het eenvoudige Mariabeeldje bracht de stad grote faam en de kerk behoorlijk wat inkomsten. In een droom kreeg een administratrice van het Agnietenklooster de opdracht het geld te besteden aan de bouw van een grotere kerk en toren ter ere van het mirakel. Al in 1460 werd de Onze-Lieve-Vrouwekapel gebouwd. Door een kruitexplosie in 1787 ging de kapel teloor, maar de 98 meter hoge toren bleef behouden, omdat hij niet direct maar met een soort brug aan de kapel vastzat. De Onze-Lieve-Vrouwetoren is nog altijd hét visitekaartje van Amersfoort. De Vrouwenvaert, de jaarlijkse feestdag die in 1446 voor het beeldje werd ingesteld, bleef ondanks kortere en langere ontbrekingen tot op de dag van vandaag bestaan. De ommegang of processie vindt de zaterdag in het weekend voor Pinksteren plaats, vanaf 1933 vanuit de nabijgelegen Elleboogkerk. Veel plekjes en souvenirs in Amersfoort zijn verbonden aan het Mirakel van Amersfoort. Het nieuwe Geertje Arendspad en het Gelukkigerwijspad ook. Dat ervaar ik nu zelf.


Brouwerij ’t Mirakel
Het Geertjes Arendspad eindigt bij de Onze-Lieve-Vrouwe-toren, tevens het begin van het lusvormige Gelukkigerwijspad. Het is meerdere opzichten een ideaal startpunt, vanwege het religieuze verhaal maar ook praktisch. De VVV ligt er pal naast. Het boekje over het Geertje Arendspad ligt hier wel in de schappen, evenals het startpakket van het Gelukkigerwijspad, met routebeschrijving, ansichtkaarten, stempelkaart en meer leuke verrassingen. Verder kun je er een torenbeklimming (met verplichte gids) of een stadswandeling boeken. De thematische Wonder Wandeling bijvoorbeeld. Na afloop scoor je er sleutelhangers of kaarsen in de vorm van de Onze-Lieve-Vrouwe-toren, Mariabeeldjes of ambachtelijk bier van brouwerij ’t Mirakel. De laatste brouwerij is vrij nieuw – bestond nog niet in ‘mijn’ tijd – en koppelt zijn biertjes niet alleen aan de geschiedenis van Amersfoort als belangrijke laatmiddeleeuwse bierstad maar ook aan de wonderverhalen rond het Mariabeeldje. Neem ‘de Vondst’, naar de vondst van het Mariabeeldje door de dienstmeid. Ze lopen ontzettend goed, vertelde een VVV-medewerkster me. De verpakkingen zijn er ook naar. Dat blikje ‘Het Visioen’ lijkt wel een poëzieplaatje van Maria dat alleen al de aanschaf waard is.


Pelgrimsdeur
Ter zake! Brouwerij ’t Mirakel is gelegen aan het Monnikenpad buiten het centrum, maar helaas niet zomaar ‘los’ te bezoeken. Groepen schijnen wel een afspraak te kunnen maken. Gelukkig zijn de biertjes ook te proeven op een van de terrassen onder de Onze-Lieve-Vrouwe-toren, bijvoorbeeld dat van het Stadscafé Amersfoort. Je hebt daarbij niet alleen mooi zicht op de toren, maar ook op de contouren van de kapel, die staan gemarkeerd in het plaveisel van het Lieve Vrouwekerkhof rondom. Sterker nog, de kans is groot dat je in de kapel zit met je geheven glas. Al aan de buitenkant van de toren valt het nodige te ontdekken. De toren zelf zou symbool staan voor Maria en het extra uitgebouwde hoektorentje voor het kindje Jezus. De grote bronzen deur staat bekend als Pelgrimsdeur. Aan de buitenzijde is een driehoekig gestileerde Mariagestalte herkenbaar. Dat het geheel modern aandoet klopt. In 2014 werden de houten entreedeuren van de toren vervangen door dit ontwerp van Eric Claus. Aan de binnenzijde vertellen de plaatjes bovenaan het verhaal over het Mariabeeldje in het ijs in de gracht en zijn vondst.
Als je de 346 treden van de toren niet beklimt, kom je niet verder dan het voorportaal. Zelf laat ik het erbij, omdat ik me vaag herinner dat ik die beklimming ooit eens deed (maar er blijkbaar niet wijzer van was geworden). Aandoenlijk is wel het verhaal over de herinneringsklok. Hiervoor kunnen mensen namen van overleden dierbaren achterlaten voor wie ze het carillon willen laten luiden. Elke dag luiden de torenklokken voor een ander.
Niet religieus van aard is het feit dat de Onze Lieve Vrouwetoren het kadastrale nulpunt van Nederland vormt. Een laserstraal in het voorportaal maakt precies de plek duidelijk. Stelletjes gaan eronder staan en zoenen elkaar dan terwijl ze een selfie maken. Tja, voor ieder wat wils.



Krankeledenstraat
Onopvallend in een hoekje tegenover de Onze-Lieve-Vrouwetoren staat het Kapelhuis. Het was het huis waar sinds 1500 de leden van de Onze-Lieve-Vrouwebroederschap bijeenkwamen om naast de monumentale schouw zaken rond de Mariabedevaart te bespreken. Lange tijd was het alleen op Open Monumentendagen te bekijken, maar nu zit café het Zoetje Zusje erin. Aan verhalen rond dit pand is geen gebrek. Het ligt aan de Krankeledenstraat waar zieke pelgrims, vooral lieden met ziekten van de ledematen (kranke leden) hun ziekteproces afwachten en vooral op genezing hoopten. Het Mariabeeldje moet ooit hier hebben gestaan, maar helemaal duidelijk is dat niet. Buiten op de hoek van de gevel is nog een leeg nisje te zien, maar kenners denken dat het te groot is voor het beeld in kwestie. Dat was immers maar klein en bescheiden. Navraag naar het beeldje levert wel weer een mooi filmpje van Brouwerij ’t Mirakel op. Over een zakje gruis dat van het verpulverde Mariabeeld afkomstig zou zijn en zich nu samen met een kroontje en manteltje in een reliekschrijn in het grotendeels 17e-eeuwse interieur van de Oud-Katholieke Sint Joris op ’t Zand of de Heilige Georgiuskerk bevindt. Vlak achter mijn voormalige huis! Hoewel tijdens de Reformatie oudkatholieken hun toevlucht moesten nemen tot schuilkerken, waren ze toch bevoorrecht boven de rooms-katholieken. Zodoende kregen zij de bijzondere beschikking over de resten van het Mariabeeldje van het Mirakel van Amersfoort. Het Mirakelboek, waarin meer dan vijfhonderd wonderverhalen rond het Mariabeeldje zijn opgetekend, wordt hier eveneens bewaard. Het is een van twee 16e-eeuwse kopieën. Daarbij is een houten paneel uit 1525 te bewonderen, dat de vondst van het beeldje weergeeft en ook al de Mariatoren.
Sint-Joriskerk
De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat ik in mijn studententijd meer rond de Sint-Joriskerk rondhing dan bij de Onze-Lieve-Vrouwe-toren. Op zaterdag op de warenmarkt op de Hof aan de zuidzijde en in het weekend in de kroegjes aan de Groenmarkt aan de noordzijde. Het Geertje Arendspad voert vanaf de Kamperbinnenpoort via de Muurhuizen en de Kerkstraat ook langs de Sint-Joriskerk en het is er tot mijn genoegen nog altijd even gezellig.

Het nieuwe etablisssement Dolle Diva, naast ‘mijn’ pannenkoekenhuis, trekt meteen de aandacht, omdat er nog altijd een groot Mariabeeld op een sokkel aan de gevel staat. Café ’t Nonnetje dat er zat, is helaas verdwenen. Dat had ik graag teruggezien, met al zijn heiligenbeelden. Ik herinner me nog wel een bericht van een paar jaar terug dat meldde dat de oude kroegbaas al die relikwieën in de openbare verkoop gooide, omdat hij de zaak een nieuwe habijt wilde geven. Waarom ben ik toen niet gaan kijken?
Ik werp nog even een blik op café Onder de Linde, ook op de Groenmarkt. Het 16e-eeuwse pand heette vroeger Mandaathuis, omdat er een kanunnik woonde, die samen met enkele andere geestelijken over dit kleine stukje grond mochten ‘regeren’. Verder om de hoek tref ik de Sint-Joriskerk niet open, maar die bezocht ik wel ooit. Na de Reformatie was het katholiek af, al bleef de naam van de heilige drakendoder verbonden aan het godshuis. Sterker, hij is nog altijd de stadspatroon van Amersfoort. Aan Sint Joris kleven voor mij goede herinneringen aan het Midden-Oosten. Zijn draak zou symbool staan voor het heidendom, het verslaan van de draak voor bekering tot het christendom. Toch vereren moslims hem net zo goed, onder een andere naam. Sint Joris is dus een ambigue en prikkelende figuur. Het loont de moeite even stil te staan bij de 17e-eeuwse Boterhal tegen zuidwand van de Sint-Joriskerk. Sinds 1992 (ook weer na mijn tijd) staat er een ‘jacquemart’ bovenop: een dakruiter met een klein klokkenspel. Op de hele uren komt Sint-Joris uit het torentje naar buiten waarbij hij steeds opnieuw de draak verslaat. Altijd geruststellend.
Ondertussen vraag ik me af waarom het Geertje Arendspad niet naar het klooster waar ze intrad voert. Het onvolprezen wandelgidsje geeft het antwoord: het Agnietenklooster aan de Herenstraat, iets buiten de drukke Stadsringweg, werd in 1860 afgebroken. De dakruiter en het klokje van de kloosterkapel verhuisden toen naar de top van de Plompe- of Dieventoren. Omdat het klooster eeuwenlang ook de vestiging van de Latijnse school was geweest, kreeg de Dieventoren onder locals de bijnaam Latijntje. Daar maak ik graag een extra ommetje voor.
MÉÉR MIRAKELSE BEZIENSWAARDIGHEDEN
Nederlandse Beiaardschool
Op de Grote Spui 11 bevindt zich Amersfoorts beiaardschool. Naast die in Mechelen is het de enige school waar beiaardiers worden opgeleid. Hoe bijzonder is dat! Examens worden afgenomen op het carillon van de Onze-Lieve-Vrouwe-toren. In de toren hangen twee carillons die beide te bespelen zijn, een unicum in de wereld. Dat luistert toch anders als je het carillon in Amersfoort nu hoort.
Hofje Armen de Poth
Van het hofje aan de Pothstraat 16 is de Sint Rochuskapel het oudste gebouw. Sint Rochus is de beschermheilige tegen de pest. Hij herinnert aan de tijd dat er een kerkhof was rond de kapel waar de slachtoffers van de ziekte werden begraven. Een hofje met woningen voor armen en ouden van dagen kwamen later in de plaats van het pesthuis. Poth, de naam van het hofje, verwijst naar de pot op het embleem van de Heilige Geestbroederschap die zorgdroeg voor de armen en de pestlijders. De duif erboven staat symbool voor de Heilige Geest. De pot is de pot voor de geldinzameling voor de verpleging, later de kookpot voor de voedseluitdelingen.
Sint Aegtenkapel
De Sint Aegtenkapel aan ’t Zandt 37 hoorde bij een in de 14e eeuw gesticht vrouwenklooster. De kapel was een typische dubbelkerk: leken namen op de begane grond plaats, boven zaten de bewoonsters van het convent. Na de Beeldenstorm in 1580 verloor het zijn religieuze functie en diende het vooral als opslagplaats voor van alles en nog wat. Je kunt er nu terecht voor culturele evenementen. Houd de agenda in de gaten!
Museum Flehite
Het museum aan de Westsingel 50 bewaart en exposeert het cultureel erfgoed van Amersfoort en geeft een goed beeld van de geschiedenis van de stad en de omgeving. Tot de collectie behoren onder meer heiligenbeelden, pelgrimstekens, schilderijen zoals de Aanbidding door de drie wijzen (1635) van Paulus Bor en stadsgezichten van lokale schilders zoals Maarten ’t Harts Sint-Joriskerk. En wat dacht je van de voorhang van de torakast gemaakt van een chique japon van Wilhelmina van Pruisen?
Witte Huisje
In dit opvallende huisje op de brug aan het Havik zat vroeger een café. Koorleden uit de nabije Elleboogkerk dronken er een glaasje bier tijdens de lange preken. Het jongste koorlid moest de rest waarschuwen als het einde van de preek in zicht kwam. Dronk hij ook, dan gebeurde het wel dat het hele koor te laat terug was in de kerk. Hilarisch! De Elleboogkerk (Langegracht 36) is tegenwoordig een museum voor moderne kunst en Pastorie De Elleboog ernaast een huis voor creatieve of ambachtelijke dagbesteding van mensen met een verstandelijke beperking. Leuk voor cadeautjes of iets lekkers, koffie of thee met taart in de salon.


Stadsklooster Mariënhof
Tip van de dame van de VVV is om ook even De Mariënhof, opnieuw een opgedoekt vrouwenklooster, aan te doen. Het bevindt zich niet ver van het Plantsoen met de buitenring van stadsmuren. Ook dichtbij is de Monnikendam, een bekende Amersfoortse waterpoort, waarschijnlijk genoemd naar de Augustijner monniken die op de Sint Andrieskamp gevestigd waren.
De Mariënhof dient tegenwoordig verschillende doelen. Overdag drink je er koffie met wat lekkers binnen of buiten bij BUUF in de Serre, tegen het eind van de middag kun je bij Wijnbar Zuster Margaux terecht. Hoe dan ook kun je via BUUF ook overdag al lekker dwalen in het grote gebouw met kloostergangen, de binnen- en buitentuinen. Daarbij pak je meteen ook exposities van diverse beeldende kunstenaars mee. Kleine paneeltjes duiden in welk deel van het voormalige klooster je je bevindt. Van de refter tot de kerk, je komt overal. In Zuster Margaux is het fijn werelds wijnen, bij mooi weer lekker buiten in het groen. Ook in de buurt ligt de in 1726 gebouwde synagoge, aan de Drieringensteeg, helaas met beperkte openingstijden. Van de Joodse begraafplaats, aan het einde van de Bloemendalsestraat, is weinig meer te zien, op een enkele steen na. Rond 1670 gesticht door Spaanse en Portugese Joden, is het een van de vijf oudste, nog bestaande joodse begraafplaatsen in Nederland. Het gros van de stenen en ook menselijke resten zijn verplaatst naar de Joodse begraafplaats er tegenover.

Leerhotel Het Klooster
Het doepakket van het Gelukkigerwijspad geeft tips voor overnachtingen, maar ik wil per se een nachtje in Leerhotel Het Klooster slapen, boven op de Amersfoortse Berg. Ik herinner me de donkere bollen op de torens, zichtbaar vanaf de enorme rotonde daar, als ik er vroeger fietste. Nooit kunnen vermoeden dat ik er ooit zou logeren! Het voormalige klooster van Kruisheren doet nu dienst als leerterrein van een MBO-school voor de horeca. Ook de school is ondergebracht op het terrein, direct achter het hoteldeel. Overal, van receptie tot restaurant, tref je leerlingen, jongens en meiden, met hun instructeurs. Ze doen absoluut hun best het de gasten naar de zin te maken.





Het klooster zelf ademt gelukkig nog de sfeer van weleer. Tal van details zijn behouden. Van de oude kloostergangen tot sculpturen, hier en daar langs de wanden. Een van hen is Sint Odilia, de patroonheilige van het klooster. De haan die ooit op de kerktoren stond, staat nu schuin tegenover de receptie. Het restaurant van Leerhotel Het Klooster heet heel toepasselijk Novice. Een novice is in kloosterkringen een aankomende monnik, een soort leerling dus. Het is jammer dat ze hier geen bier van Brouwerij ’t Mirakel hebben maar ze hebben wel een eigen ambachtelijk biertje ontworpen: Akka. Beschouw het maar als modern kloosterbier. Smaakt prima.
Alle kamers hebben namen die verband houden met de geschiedenis van Amersfoort. Elke naam wordt middels een informatiebordje buiten de deur uitgelegd. Niet alle namen betreffen de religieuze geschiedenis. Binnen kijk ik uit op het groen rondom. Het logo van het klooster komt overal terug: op de blocnote plus pen op het bureau en op een sticker waarmee de wc-rol is afgeplakt. Grappig!



Eemklooster
Sinds ik Amersfoort binnenwandelde, scheen de zon. Alsof dat geen mirakel is! Ideaal om nog een wandeling te maken rond een derde voormalig klooster: het Eemklooster, vroeger Onze-Lieve-Vrouwe van Eemklooster geheten. Tegenwoordig zitten er allerlei bedrijven in, van kinderopvang tot escaperoom, maar ook hier zijn genoeg oude elementen bewaard gebleven.






Ik tref de kerk open omdat men bezig is die op te tuigen voor een feestje. Veel modern glas-in-lood en een fraaie kloostergang erachter. Het doet allemaal art deco aan. Oud is het niet, dat is duidelijk. Aan de achterzijde raak ik totaal verrukt van La Cantina, een Zuid-Italiaans restaurant waar ik lunch. Italiaans past sowieso bij rooms-katholiek, maar het is ook echt Italiaans. Gewone frisdrank staat niet op de kaart. Buiten is het goed toeven op het terras, met zicht op de torens van Leerhotel Het Klooster, maar binnen ook. Met veel geglazuurde tegels langs de wanden en hoge ramen in zwaar ijzerwerk doet het me denken aan de klassen op mijn katholieke lagere school. Geschilderde citroenen sieren hier en daar de muren, er staan veldboeketten op tafel en warempel spot ik ook nog wat heiligenbeeldjes.



Teruglopend naar het Centraal Station van Amersfoort wacht ik een paar keer voor Amersfoorts beroemde stoplichten met vrouwtjes in de lichten in plaats van mannetjes. In het plaveisel in het centrum trof ik het vrouwtje ook in metalen bewegwijzering aan. Hoe passend allemaal. Ze heet officieel Sofie, maar ik noem haar nu Geertje Arends. 😉
AMERSFOORT PRAKTISCH
VERVOER
De binnenstad van Amersfoort is prima te bereiken met het openbaar vervoer, trein en bus. Check de app of website van OV9292 voor de meest praktische of snelste route.
ACCOMMODATIE
Helemaal top is het Leerhotel Het Klooster boven op de Amersfoorte Berg dat ik hierboven beschreef.
Wil je een bezoek aan Amersfoort met een overnachting in Utrecht combineren? Ook daar zijn mooie reli-opties. Van het goedkopere Bunk Hotel in een voormalige protestantse kerk tot de chiquere The Anthony in een oud klooster. Beide gelegen nabij het centrum en het centraal station dus ideaal voor uitstapjes.
WANDELINGEN
Van de pelgrimsroutes het Gelukkigerwijspad en het Geertje Arendspad zijn mooie drukwerkjes voorhanden waarmee je direct op pad kunt. Geen zin in een lange tocht? Met het boekje Stadswandeling Amersfoort loop je op je gemakje 4,5 kilometer door de stad en kom je ‘vanzelf’ langs de belangrijkste historische en religieuze sites. Alle boekjes zijn te koop bij de VVV Amersfoort. In de online shop van het Gelukkigerwijspad vind je ook een gpx. Van het Geertje Arendspad bestaat ook een goedkope e-versie.
Kun je maar geen genoeg van de religieuze geschiedenis van Amersfoort krijgen? Wil je meer verhalen horen? Kies dan voor boeiende themawandelingen zoals de Wonder Wandeling, Heilige Huizen of Joods Amersfoort, allemaal begeleid door gekwalificeerde lokale gidsen. Of neem mijn leestips hieronder ter harte.
LEESTIPS
Maria Nu. Het Mirakel van Amersfoort geeft in het kort de geschiedenis van het Mirakel van Amersfoort. Het boekje is te koop in de shop van VVV Amersfoort, al dan niet online.
De Verhalen van Amersfoort. Helden, heksen en heiligen van Amersfoort en omgeving vol mooie verhalen van stadsgids en verteller Abe van der Veen. Lees onder meer over de vele wonderen die Maria in Amersfoort heeft gedaan en over de heks van de Monnikendam, die graag de ziel van haar geliefde monnik had willen bezitten. Bestel simpelweg hier.
Deze blogpost bevat affiliate links. Bij aanschaf van een product via zo’n link gaat een klein bedragje naar Mariëtte, de schrijfster van deze blog. Die commissie maakt het product niet duurder voor de koper (die merkt er niets van) maar helpt wél deze gratis site in stand te houden. Dank je wel! ❤️
Geplaatst in Fietsen & wandelen, Nederland
Gelabeld met Accommodatie, Cafés & restaurants, Pelgrimeren